Op 6 december 2011 heeft de Amersfoortse gemeenteraad besloten de kerncollectie van Armando onder te brengen in MOA. Er is toen besloten een ‘bruidschat’ van € 1.000.000 onder voorwaarden ter beschikking te stellen aan de Stichting MOA, dat uitgekeerd zou worden in een periode van tien jaar.In het op 6 december 2011 aangenomen raadsvoorstel geeft het college, als betrokken gemeente, aan er vertrouwen in testellen dat MOA er in zal slagen om zelfstandig te opereren. Naast de €1.000.000 is er ook, via Amersfoort in C een bedrag van €1.600.000 ter beschikking gesteld voor investeringen in MOA (waaronder €1.000.000 van de BankGiroLoterij). Na het uitgesproken faillissement van MOA in augustus 2018 is de betaling aan MOAbeëindigd. De gemeente Amersfoort is vanaf dat moment ook weer verantwoordelijk voor het beheer van de kerncollectie. Beantwoording Schriftelijke vragen 2018-106: “In het raadsbesluit van 12december 2011 werd besloten dat de gemeente Amersfoort eenmalig en onder voorwaarden 1 miljoen euro beschikbaar stelt aan het Museum Oud Amelisweerd (MOA). Dit bedrag werd gedekt uit gereserveerde bedrag uit de begroting ten behoeve van het Armando Museum 2012 en 2013 (2x €515.000). De vastgestelde subsidie werd over 10 jaar verdeeld en is uiteindelijk uitbetaald van 2012 t/m 2018, in totaal is dat een bedrag van €885.000.”
- Hun mening te geven over de volgende peilpunten:Wat is uw mening over de resultaten vanhet Blue Yard onderzoek en in het bijzonder deconclusies en opmerkingen over de rol van de gemeente Amersfoort en Amersfoort in C daarin?
- De gemeente Utrecht heeft onlangs onderzoek laten doen naar de gang van zaken rond het faillissement van MOA.Vindt uw fractie dat er ook een (extern) onderzoek moet komen naar despecifieke rol van de gemeente Amersfoort en Amersfoort in C in dit dossier?
- Zo jaheeft uw fractie dan een voorkeur voor:
a) een onderzoek door externe onderzoekers, waarbij het opdrachtgeverschap en de begeleiding van het onderzoek worden gedelegeerd aan een begeleidingscommissie (ex art. 84 Gemeentewet). De samenstelling, werkwijze en ondersteuning van de begeleidingscommissie worden in een apart raadsvoorstel voorgelegd.
b) een onderzoekscommissie in de zin van artikel 155a van de Gemeentewet. Conform lid 8 van genoemd artikel worden op korte termijn bij verordening door de raad nadere regels gesteld met betrekking tot de onderzoekscommissie.
Bij peilpunt 3a: onderzoek door externe onderzoekers
Onderzoek door onafhankelijke onderzoekers voorkomt de schijn van partijdigheid in het onderzoek. De raad is zelf onderdeel van het onderzoek. Bovendien hebben verschillende fracties in de afgelopen periode politiek stelling genomen in het dossier. Om die redenen iseen onderzoekscommissie bestaande uit raadsleden ongewenst.Een externe partij kan kennis en ervaring uit eerdere onderzoeken meebrengen wat bijdraagt aan de kwaliteit van het onderzoek. Bij de aanbesteding kan de onderzoeksopdracht modulair worden opgebouwd, zodat onderzoekers kunnen aangeven welke inspanningen/resultaten tegen welke prijs verwacht mogen worden.
Een onderzoekscommissie in de zin van artikel 155a van de Gemeentewet kan (voormalige) ambtenaren en bestuurders van de gemeente verplichten tot medewerking aan het onderzoek. Deze verplichting heeft betrekking op het verschaffen van schriftelijke informatie en het afleggen van getuigenissen. Bovendien kan een onderzoekscommissie besluiten dat getuigen uitsluitend worden verhoord na het afleggen van een eed of belofte. Dit verhoor kan in een openbare of besloten zitting plaatsvinden. Deze zaken kunnen bijdragen aan een grotere kans op waarheidsvinding. Een onderzoek met openbare verhoren vergroot de transparantie van het onderzoeksproces.Onderdelen van het onderzoek kunnen zo nodig worden uitbesteed aan gespecialiseerde onderzoekers.