
De Omgevingswet omschrijft participatie als ‘het in een vroegtijdig stadium betrekken van belanghebbenden (burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen) bij het proces van de besluitvorming over een project of activiteit. De initiatiefnemer van een plan is verantwoordelijk voor de participatie over dat plan’..
Het College wordt verzocht de volgend vragen schriftelijk te beantwoorden:
- Waarom is er gekozen om via deze enquête invulling te geven aan het voldoen aan de participatievoorwaarde, zoals is verwoord in de participatiegids en de Omgevingswet?
- Wat is de reden dat er is afgeweken van het stappenplan zoals vermeld in de participatiegids?
- In hoeverre voldoet naar uw oordeel deze enquête aan de voorwaarden van participatie zoals verwoord in de participatiegids en de Omgevingswet?
- Wat is de reden dat pas na acht dagen na bekendmaking van de enquête in een persbericht wordt aangegeven dat het een zgn. online-participatie betreft?
- Waarom heeft het college in het persbericht niet gemotiveerd waarom zij afwijkt van het standaardproces, zoals opgetekend in de participatiegids?
- Wie is verantwoordelijk voor de keuze om op deze online manier invulling te geven aan de voorwaarde van het voeren van een participatieproces, zoals verwoord in de participatiegids en de Omgevingswet?
- In hoeverre en op welke wijze verantwoordt het College dat er met deze enquête c.q. online-participatie sprake is van een zorgvuldig participatieproces?
- Is het college zich ervan bewust dat de online-enquête meerdere malen door dezelfde bezoeker kan worden ingevuld? Zo nee, waarom niet?
- Gegeven dit feit (zie vraag 8): hoe wil het College tot een betrouwbare interpretatie van de resultaten komen?
